12 september 2024
Beleidsmedewerker
Meer informatie nodig? Stel uw vraag aan één van onze medewerkers
De Europese Commissie heeft een enquête geopend over basisvaardigheden in het primair en voortgezet onderwijs. Met deze enquête hoopt de Commissie een beter beeld te krijgen van de oorzaken achter het dalende niveau van basisvaardigheden. De enquête staat open tot 1 oktober.
De Commissie heeft een enquête geopend over basisvaardigheden in het onderwijs. Het doel van deze enquête is om een beter beeld te krijgen van de oorzaken van het dalende niveau van basisvaardigheden in het onderwijs. Tot de basisvaardigheden behoren lezen, schrijven, wiskundige vaardigheden, wetenschap en digitale vaardigheden. De vragenlijst heeft betrekking op het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs en onderwijs tot aan de tertiaire laag. Naast vragen over het niveau van basisvaardigheden bij leerlingen, vraagt de Commissie ook naar de oplossingen en strategieën om deze te verbeteren. De enquête staat open op het European School Education Platform tot 1 oktober 2024.
De Commissie refereert aan de Programme for International Student Assessment (PISA) uitkomsten van 2022 van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO). Daaruit blijkt dat het niveau van basisvaardigheden in Europa verontrustend is. Zo scoort Nederland op plek 21 plek voor haar leesvaardigheid, vergeleken met de 26 beproefde EU-landen. Alleen op het gebied van wiskunde presteert Nederland heel goed ten opzichte van de andere lidstaten. In 2023 uitten de Europese onderwijsministers dat 80 procent van de Europese bevolking in 2030 digitale basisvaardigheden moet bezitten. Ook sprak de Raad zich uit over het bezit van digitale vaardigheden als fundamenteel recht.
Mede geschreven door Iskender Şimşek.
Longread: Von der Leyen wil Europese begroting grondig hervormen
Neth-ER vacature: hbo- & wo-beleidsstagiairs gezocht
Neth-ER vacature: mbo contentstagiair gezocht
“In de Europese Pijler van Sociale rechten is het recht op onderwijs en training niet voor niets als eerste recht opgenomen”, Marit Maij (GL-PvdA)